Woord & Wond

Ik ben een verzenvlechtster en bezweerder van taal, geworteld in klei, bloed en bot. Mijn woorden zijn rituelen van heling en herinnering, doordrenkt met zielsschrift en schaduwverzen. Door mijn bezwerende taal geef ik stem aan wat vaak onzichtbaar blijft, en verbind ik het zichtbare met het onzichtbare — het lichaam met de ziel, de pijn met de kracht.

Hier ontvouwt zich taal als een levende kracht, die uitnodigt om te voelen, te zien en te helen.

Voel je welkom om deze taal te betreden en jouw eigen stem te ontdekken.

"Ik ben terug"

 

Ik ben terug.

Niet als echo van wat verdween,

maar als fluistering van wat bleef ademen

onder lagen van stilte en klei.

Ik ben de zucht van de aarde

waar voetsporen oplossen

maar nooit verdwijnen,

de trilling in botten

die weten hoe vergetelheid voelt.

 

Ik kom met handen vol as,

met vingers die het ritueel herinneren,

die wonden aanraken

alsof het poorten zijn.

Mijn huid draagt het stof

van zij die gingen vóór mij,

mijn voeten zijn zwaar van klei,

mijn passen gevuld

met het gewicht van bloedlijnen.

 

Ik ben kind van klei en stormlicht,

kleinkind van wind

en water dat de geheimen kent.

Mijn botten dragen liederen

die geen naam meer hebben,

maar trillen bij elke maan

die zich spiegelt in de stilte.

 

Ik ben de heks die terugkeert,

niet om te vechten,

maar om te herinneren.

Niet om te fluisteren,

maar om te waken —

bij het vuur,

bij het veld,

bij dat wat heilig is

en lang verborgen lag.

 

Ze zeiden: wees stil.

Dus ik leerde spreken met wortels,

met steen,

met rook.

Ze zeiden: verdwijn.

Maar ik werd adem in de diepte,

vond mezelf tussen botten,

in het zachte suizen

van wat nooit ophield te zingen.

 

Ik ben magie —

niet getemd,

niet gepolijst.

Ik ben wat stroomt

tussen werelden,

wat danst op de grens

tussen zichtbaar en ongezien.

 

Mijn bloed herinnert zich

de vlammen en het zwijgen,

mijn hart klopt

in het ritme van zij

die nooit vergeten werden.

Mijn keel opent zich

als een poort,

en wat eruit stroomt

is geen verhaal —

maar waarheid.

 

Ik ben terug.

En dit keer

verberg ik niets.

 

In klei geschreven, met bloed bezegeld

 

 

 

 

Toen onmacht zwol
in een carrousel van ontzette kleuren
viel de schreeuwende nacht
huilend in de armen van de dag
en spatte uiteen op de onvermijdelijkheid
Ik liet je gaan…

Toen de staak mijn hart doorboorde
deelden wij nog eenmaal adem
op de zucht
van ons verbonden bloed
En vervloekten vloeiend samen
die éne barmhartige
die rechtvaardige
die van liefde…
Jij liet mij los…

Gehuld in woede en in lijden
gingen toen de sluiers neer
De hel had de hemel nu verzwolgen
en liet ook haar demonen vrij
het bleef voor altijd donker

Op mijn schouders rustte
zwaar
het boetekleed
doordrenkt met bloed en tranen
als geketende kwelling
hield zo de pijn
jou
in mijn hier
misschien
Schurend prikte de ruwe stof
voortdurend
in mijn naakte huid
voor altijd

En op de golven van gemis
gleed ik weg van leven
Meegesleurd
de diepten in
greep ik krachteloos
dalend dieper
om me heen

Maar in de stuwende kracht
van ademnood
zaten mijn verdoken tranen
ik dronk ze in
opnieuw en opnieuw
verdronk me nagenoeg
en waste me ruw
in `t zilt en `t bijtend zout
Totdat ik ontdaan en rauw was.
kwetsbaar als een prooi
of rein als een offer

Och mijn lieve kind…
Wat een weg hadden wij te gaan…

Toen,... liet ik je gaan en liet jij mij los…
Nu,... vandaag was je heel even in mijn hier…
en
ben jij gegaan en liet ik jou los…

`Mama… Mama`! `Ik ga`…
Ja mijn jongen… het is goed...

Het wordt lichter…

23 jaar later in liefde ❤
Altijd verbonden met jou.

20-8-2000❤20-8-2023
En er tussenin zit ÁLLES, NIETS en LIEFD