De verleiding van het zwart

“Niet alles wat zwart is, is leeg. Sommige diepten zijn heilig.”  -Yindi Anora

Waarom duisternis niet altijd gevaarlijk is

 

Zwart heeft een reputatie.
Een die niet van haarzelf is.

Zwart wordt gezien als bedreiging. Als dreiging, gevaar, ondergang. Als iets waar je vandaan moet blijven, een kleur die je inademt als je geen uitweg meer ziet. Maar zwart is niet leeg. En zeker niet koud. Zwart is warm. Zwart is omhullend. Zwart is de schoot van de aarde waarin alles begint.

De meeste mensen vergeten dat. Ze denken aan duisternis als het tegenovergestelde van licht,  alsof licht altijd goed is, en zwart altijd fout. Maar dat is een leugen van een wereld die bang is voor het onbekende.

Zwart is de kleur van baarmoeders, van diepe bossen bij nieuwe maan, van rijk bewerkte aarde waarin zaden rusten. Zwart is de mantel van godinnen die niet glimlachen, maar weten. Die niet leiden met licht, maar met aanwezigheid. Zwart is de ruimte waarin je ogen niets vinden, en dus naar binnen keren.

Wat zwart doet, is je ontdoen van afleiding. Het haalt de lagen weg waarin je je verschuilt. Geen kleuren, geen franje, geen verleiding, behalve de verleiding om eerlijk te worden. Zwart nodigt je uit. Niet door te roepen, maar door te blijven. Stil. Steeds maar aanwezig.

Sommige mensen raken verslaafd aan het zwart. Niet omdat ze kwaad willen, maar omdat het eindelijk stil is. Omdat niemand daar iets van je wil. Omdat je daar mag zijn met alles wat kapot is, lelijk is, onhandig, verlangend, verwoest. Het zwart vraagt niets. En dat maakt het zo verleidelijk.

Maar het zwart is geen rustplaats. Het is een doorgang. Je kunt er niet wonen. Wie te lang blijft, vergeet hoe zonlicht voelt. En wie het zwart alleen maar romantiseert, vergeet dat ook daar monsters huizen, niet omdat het zwart is, maar omdat wij die monsters meebrengen.

Zwart is niet het probleem. Het is de ruimte waarin je je problemen tegenkomt.

Er zijn momenten dat je de roep voelt: om terug te trekken, te verdwijnen, op te lossen in die omhullende leegte. En dat mag. Je hoeft niet altijd zichtbaar te zijn, luid te zijn, licht te zijn. Maar vergeet niet dat zwart jou niet wil houden. Het wil je iets laten zien.

Zwart is de kleur van het rouwen én van het herstellen. Van het einde én van de potentie. Van het niet-weten. Van het vruchtwater waarin iets nieuws ontstaat.

En soms,  is het zwart de enige plek waar waarheid geen pijn doet. Alleen ademt.

Dus ja, zwart is verleidelijk. Maar niet omdat het gevaarlijk is. Omdat het eerlijk is.