De trilling onder alles

Gepubliceerd op 29 juni 2025 om 16:17

Taal van Trilling – deel 7

De trilling onder alles

 

Voor we klanken leerden kiezen, voor we leerden zeggen wat we bedoelden, ademden we. En dat was genoeg. Een zucht was een vraag. Een uitademing een overgave. Een snik, een roep. Alles begon met adem.

 

Soms denk ik dat we onszelf vergeten zijn toen we leerden praten.

 

Er was een tijd dat taal nog geen muren had. Een tijd waarin de trilling zélf sprak, en het lichaam luisterde. Niet met oren, maar met huid en binnenwereld. Die tijd leeft nog steeds — in ons zenuwstelsel, in onze dromen, in de ruimte tussen twee woorden. En in de klanken die we niet kunnen uitleggen, maar die iets openbreken.

 

Ik heb mensen zien helen op het ritme van een woord dat geen betekenis had. Ik heb mensen horen huilen bij een trilling die ze niet kenden, maar die hen bleek te herinneren. Soms is het niet het lied dat je kiest, maar het lied dat jou kiest.

 

Er zijn momenten waarop ik in stilte werk. Geen drum, geen stem. Alleen de aanwezigheid van een veld dat ouder is dan ikzelf. Soms voel ik dan iets wat lijkt op de hartslag van de aarde. Trager dan ons tempo. Dieper dan ons denken. Een soort pulseren. Alsof Moeder Aarde zelf ademt. En dat doet ze ook.

 

De wetenschap noemt het de Schumannresonantie. Een trilling van de atmosfeer, een basisfrequentie rond de 7,83 hertz. Maar ik voel het eerder als het kloppen van een oud, dierbaar lichaam. Eén dat we allemaal ooit kenden van binnenuit. Haar ritme is ons ritme, als we stil genoeg worden. Als we ons weer afstemmen op het trage, trage weten van wortels, van water, van wind.

 

Misschien is trilling geen taal die we gebruiken, maar een taal die ons gebruikt. Misschien zijn we zelf een zin, een strofe, een ademtocht. En zoeken we niet naar betekenis, maar naar herinnering.

 

In mijn werk — en ja, ook in mijn stiltes — ben ik steeds vaker minder bezig met hóe iets klinkt, en meer met wát er opent. Soms is dat een woord. Soms een naam. Soms is dat niets anders dan een kleine beweging in de lucht, een hand op de buik, een uitademing die iemand terugbrengt in zijn lijf. En dan gebeurt het. Geen magie. Geen truc. Maar een trilling die zichzelf herkent in de ander.

 

Wat als je stem geen gereedschap is, maar een herinnering?

Wat als je lichaam zich niet wil uitdrukken, maar wil herinneren hoe het klonk, voor de schaamte, voor de breuk, voor de taal?

Wat als alles wat leeft, zingt?

 

Misschien is dát de taal van trilling. Niet de klanken. Niet de woorden. Maar het weten onder alles. Dat wijzelf de resonantie zijn. Dat wij terug kunnen keren naar het ritme waarin ons bloed is gaan stromen. En dat we daar, in dat oergeheugen, niet alleen adem vinden, maar ook thuiskomst.

 

Dan wordt adem weer gebed. Stilte weer betekenis. En de trilling: een brug tussen werelden.

 

Geen einde, maar een terugkeer.

 

De Taal van Trilling is geen afgesloten verhaal.

Het is een veld. Een stroom. Een herinnering die door je ademt, als je het toelaat.

 

Met deze laatste woorden leggen we geen einde, maar een cirkel. Wat beweegt, blijft bewegen. Wat opent, blijft zingen.

 

 Een sighil als energetische afdruk

Onder deze woorden vind je een afbeelding. Geen logo. Geen letter. Geen rune. Maar een sighil — een bezielde vorm die voortkomt uit trilling.

 

Een sighil is een energetisch symbool, geboren uit een intentie, gecondenseerd tot een teken. Niet als versiering, maar als drager van richting. Elk lijntje draagt herinnering. Elk kruis, elke spiraal, elke boog is geladen met betekenis — voelbaar, zelfs zonder dat je de bron kent.

 

De sighil die je hier ziet is gebouwd op deze zin:

 

“Niet het woord maakt magie, maar jouw adem erdoorheen.”

 

Een zin die trilt van binnenuit. Een sleutel tot herinnering.

Laat haar spreken als jij dat wilt.

 

Je kunt haar bekijken in stilte

of tekenen op je huid

of neerleggen op je altaar — als zegen, als richting, als energetisch spoor.

 

 Een trillingszin om te dragen

 

Niet het woord maakt magie.

Maar jouw adem erdoorheen.

 

Of je nu fluistert of zingt, leest of zwijgt — jij bent het instrument. Jij bent de klank.

 

 Een zegen, tot slot

Moge je stem gedragen worden door waarheid

moge je spreken vanuit rust

en luisteren met zachtheid.

Moge elke trilling die je voortbrengt iets lichts en echts aanraken in de wereld — al is het maar voor één ziel.

 

We zijn aan het einde van deze serie.

Binnenkort volgen er meer en andere series.

 

Met liefde,

Yindi Anora

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.